Als we de gordijnen open doen, zien we voor de eerste keer deze vakantie een bewolkte lucht in de ochtend. Nu wil dat in Moab nog niet zeggen dat het koud is, want het was nog steeds 26 graden om acht uur ‘s ochtends, maar het betekent wel dat je kunt wandelen zonder felle zon, en dat is wel prettig. We rijden naar Canyonlands, het “andere” National Park bij Moab, dat véél minder bezoekers krijgt dan Arches. Het heeft iets weg van de Grand Canyon, alhoewel minder wijds. De Colorado rivier heeft ook hier diepe geulen gemaakt en stenen pilaren gevormd. De weg Canyonlands in slingert zich bocht na bocht naar de top van een grote klif, het Island in the Sky.
Eerst maken we een korte wandeling bij Mesa Arch. Daar is een prachtig uitzicht, en ik kan alleen maar denken hoe mooi het moet zijn op een zonnige dag; zelfs met deze bewolking is het al schitterend.
Daarna reden we naar einde van de weg van Island in the Sky, het Grandview Point en vandaar kun je nog anderhalve kilometer verder lopen naar het allerlaatste puntje van de kliffen. De foto’s kunnen (mede door de bewolking) niet zo goed aantonen hoe mooi en wijds het was, maar de uitzichten op de wandeling naar het eindpunt waren prachtig. En op een zonnige dag zal het nog indrukwekkender zijn. Aan het einde van de wandeling lag een grote stapel rotsen waarop geklommen kon worden, voor nog een beter uitzicht. Heel voorzichtig dan wel; er is geen hek en je kunt zomaar 400 meter naar beneden vallen… Na een paar momenten waarop ik een paar jaar ouder was geworden van de capriolen die Jasper op de rotsen uithaalde (“dat kan ik écht wel, hoor, mam..!”), liepen we via dezelfde weg terug naar de auto.
De middag bestond weer uit zwemmen en lezen en het avondeten uit barbecuen. En in de avond vast weer wat spullen inpakken, want morgen moet er vroeg opgestaan worden om te gaan raften, en daarna vertrekken we meteen naar Monument Valley.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten